Regelmatig eindigt een arbeidsovereenkomst met een werknemer al in de proeftijd. Wanneer een werknemer vervolgens met succes kan aantonen dat er sprake is van discriminatie, is het ontslag ongeldig. In deze zaak doet de medewerker een poging om aan te tonen dat haar contract is beëindigd omdat zij zwanger is.
Een kleine werkgever neemt een nieuwe kracht aan. In eerste instantie krijgt hij een contract voor een half jaar met een proeftijd van een maand. Maar na 4 dagen meldt hij zich al ziek. Vervolgens zegt hij meerdere keren weer te komen en komt hij vervolgens niet opdagen. De werkgeefster is het zat en ontslaat hem in zijn proeftijd. Maar dat kan zomaar niet.
Met de komst van de WAB was er aanvankelijk sprake van een nieuwe, langere proeftijd van maximaal 6 maanden. Maar dat ging niet door. Hoe zit het dan wél met de proeftijd?
Als een werknemer voor de tweede keer binnen 2 maanden op de laatste dag van zijn proeftijd wordt ontslagen, is hij het zat. Hij vraagt de rechter of deze manier van handelen wel mag. De werkgever komt niet opdagen tijdens de zitting, waardoor alle vorderingen worden toegewezen.
De Wet Arbeidsmarkt in balans is aangenomen en treedt per 1 januari 2020 in werking. De nieuwe regels kunnen echter ook nu al invloed hebben op personeelsbeslissingen. In deze checklist de belangrijkste punten voor tijdelijke en oproepcontracten op een rijtje.
Een werkgever en een werknemer sluiten een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd met een proeftijdbeding van één maand. Voorafgaand aan de ingangsdatum van arbeidsovereenkomst beëindigt de werkgever de arbeidsovereenkomst. In de specifieke omstandigheden van het geval is de werkgever schadeplichtig. De schadevergoeding is gelijk aan één maandsalaris. Dat is het oordeel van Rechtbank Gelderland.
<p>De proeftijd voor werknemers wordt niet verlengd van twee naar vijf maanden. Het plan van minister Koolmees van Sociale Zaken gaat van tafel door verzet in de Tweede Kamer.<span data-ccp-props="{"201341983":0,"335559739":160,"335559740":259}"> </span></p>
<p>De regering ziet geen aanleiding om de langere proeftijd bij een vast contract uit het wetsvoorstel Wet arbeidsmarkt in balans (Wab) te halen. Volgens de regering maakt deze maatregel het voor de werkgevers aantrekkelijker om direct een vast contract aan te bieden en op die manier bij te dragen aan een betere balans op de arbeidsmarkt. Dat staat in de nota naar aanleiding van het verslag wetsvoorstel Wab.<span data-ccp-props="{"201341983":0,"335559739":160,"335559740":259}"> </span></p>
<p>Tijdens <a href="https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/verslagen/detail?id=2018D58601&did=2018D58601" target="_blank" rel="noopener noreferrer">een hoorzitting in de Tweede Kamer over de Wet arbeidsmarkt in balans</a> hebben wetenschappers, arbeidsmarktjuristen en kantonrechters veel kritiek geuit op de proeftijdverlenging naar vijf maanden bij een vast contract.<span data-ccp-props="{"201341983":0,"335559739":160,"335559740":259}"> Boodschap aan de regering: doe het niet!</span></p>
Bij een arbeidsovereenkomst van ten hoogste zes maanden is een proeftijdbeding niet rechtsgeldig. Dat blijkt uit een uitspraak van Rechtbank Midden-Nederland. De uitspraak sluit aan op de regels hierover in de Wet Werk en Zekerheid.
