De persoonlijke vangnetten van flexwerkers tussen de 20 en 45 jaar oud zijn beperkt. Van de flexwerkers die zelfstandig wonen en niet fulltime studeren heeft 35 procent minder dan 2.500 euro spaargeld. Vooral oproep- en uitzendkrachten en werknemers met een tijdelijk contract zijn kwetsbaar: zij hebben relatief weinig spaargeld en vaker dan zzp'ers geen partner met een vast dienstverband. Mochten zij door de coronacrisis hun inkomen zien dalen, dan kunnen zij dus sneller in financiële problemen komen. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als het langer duurt voordat uitkeringen worden betaald of als die onvoldoende zijn om de vaste lasten te dekken. Dat concluderen economen van de Rabobank.